Voorbereidingen

Vanwege de niet altijd gelijkmatige verhitting is het goed om wat vuurvaste delen aan de klei toe te voegen, zoals vuurvaste klei, zand, fijne/grove chamotte (tot 20 / 25 % volumedelen). Ook is het mogelijk om "Raku-achtig" te vermageren door toevoeging van vermiculite, zaagsel, koffiedik en dergelijke, waardoor de thermische schok beter wordt doorstaan.
Deze chamotteproducten, (kommetjes, schalen, potten en/of tegels van hanteerbare grootte (betekent in dit geval: ongeveer passend in de hand) dienen te worden voorgebakken op lage temperaturen (950-1000° C.) en daarna wel of niet voorzien van een (gekleurde) slib/engobe.
Er kan gebruik gemaakt worden van witbakkende klei, waardoor er op een witte ondergrond, grijze en zwarte vlekken kunnen ontstaan door de reductieve invloed van de brand.
Waar voldoende zuurstof aanwezig is geweest tijdens de brand (oxiderend) ontstaan heldere kleuren en waar zuurstofarme verbranding heeft plaatsgevonden (reducerend) ontstaan donkere plekken op de scherf. De plaatsing en de hoeveelheid potten in de oven is mede van invloed op de decoratie.
Wanneer de potten en/of schalen afgewerkt worden met terra sigilata (= een rode kleislib van uitzonderlijke fijnheid) dan ontstaan er zwarte en rode decoraties, al naar gelang er reductie optreedt.
Deze decoratie kan totaal of gedeeltelijk zijn.
De leerharde decoratie kan worden gepolijst en eventueel daarna weer worden beschilderd met dezelfde engobe, waardoor er een matte decoratie op de glanzende achtergrond van dezelfde engobe afsteekt. In de geëngobeerde vlakken kan weer een decoratieve inkrassing worden gemaakt (sgrafitto).
In een reductief milieu, gedeeltelijk (door inrollen in reductief materiaal of gedeeltelijk bedekken) dan wel totale reductie (door bedekking onder of in reductief materiaal) worden tinten bereikt die variëren van wit naar grijs/zwart en van allerlei aardkleuren.
Decoreren met oxiden, sulfaten en fosfaten op de witte ondergrond geeft zijn eigen kleurstellingen (eventueel door toevoeging van soda (natriumcarbonaat) en/of zout (natriumchloride).
De resultaten kunnen verrassend zijn als de reductie op de juiste tijd en wijze wordt aangepakt, d.w.z. tijdens het afkoelen vanaf 800 / 900 ° C. tot ongeveer 500° C. Hooi, stro, bladeren, zaagsel en/of (nat) gras kunnen goede effecten geven.
Omdat de scherf niet dicht is, is het goed om de producten een nabewerking te geven met steenwas of een goede bijen- of meubelwas. Dit vooral om vervuiling te voorkomen.
Waterdichtheid is overigens daardoor niet gegarandeerd.
 
© Tjabel Klok